Bladluiswaarschuwing voor Texel, Friesland klei, Tholen/Sint Philipsland, West-Brabant zuid en de Westhoek
4e bericht van de bladluiswaarschuwingsdienst (27 juni 2024)
Op een aantal bietenpercelen in de regio Texel en Friesland klei is de schadedrempel van groene bladluizen (groene perzikluizen, sjalottenluizen en aardappeltopluizen) voor de 1e keer overschreden op percelen die nog niet gesloten zijn. Op Tholen/Sint Philipsland, West-Brabant zuid en in de Westhoek is de schadedrempel ook overschreden op percelen die wel gesloten zijn. Zie de ‘Bladluiswaarschuwingskaart’. Op percelen die nog niet gesloten zijn, hanteren we tot de gewassluiting een lagere schadedrempel, namelijk 2 groene bladluizen per 10 planten. Zie het bericht ‘Gewas nog niet gesloten? Hanteer dan lagere schadedrempel groene bladluizen’. Groene luizen kunnen vergelingsziekte overbrengen, wat tot 50% schade kan leiden. In tabel 3 vindt u een overzicht van de gewaarschuwde gebieden.
Controleer uw perceel – ook in andere gebieden
De bladluiswaarschuwingsdienst adviseert telers alert te zijn en hun bietenpercelen wekelijks te controleren op aantallen groene bladluizen. Bekijk ook de video ‘Vergelingsziekte beperken: wekelijks waarnemen tot half juli noodzakelijk’.
Advies insecticiden
Wij adviseren om insecticiden pas in te zetten als de schadedrempel is overschreden (zie tabel 1). Eerder inzetten heeft geen zin.
Met de vrijstelling van Batavia heeft de teler de beschikking over twee toepassingen vanaf 1 juni tot en met 15 juli. Batavia (0,45 l/ha) mag maximaal twee keer worden ingezet met een interval van minimaal 14 dagen. We adviseren om voor een betere werking olie toe te voegen (bijvoorbeeld Robbester of Actirob (1 l/ha)). Gebruik Batavia niet in de buurt van in bloei staand onkruid. Verwijder onkruid voordat het bloeit. Na een gewasbehandeling percelen nog minimaal twee weken vrijhouden van bloeiende onkruiden.
Geen Teppeki of Afinto na 1 juni
Na 1 juni is het advies om geen Teppeki of Afinto meer te gebruiken. Inzet na 1 juni kan leiden tot overschrijding van de MRL. Kies na 1 juni daarom voor Batavia.
Bij overschrijding van de schadedrempel van de zwarte bonenluis kan ook Pirimor (0,4 kg/ha) worden ingezet. Dit middel adviseren we niet bij aanwezigheid van groene bladluizen in verband met de resistentie van de groene perzikluizen voor Pirimor.
Olie en pyrethroïden niet effectief
Omdat de groene perzikluizen de vergelingsvirussen op een andere manier ((semi-) persistente manier) overbrengen dan virussen in pootgoed en tulpen (veelal non-persistente manier) is de aanpak van de virussen anders. Middelen zoals olie en pyrethroïden zijn om die redenen dan ook niet effectief in de virusbeheersing in de bietenteelt. Bovendien doden pyrethroïden de natuurlijke vijanden die we hard nodig hebben voor een effectieve beheersing van vergelingsvirussen. Gebruik van pyrethroïden kan in suikerbieten daardoor zelfs leiden tot een toename van bladluizen en wordt daarom afgeraden!
Schade door vergelingsziekte
Groene bladluizen kunnen vergelingsziekte overbrengen. Vergelingsziekte kan veroorzaakt worden door drie verschillende virussen (BYV, BMYV en BChV). Bij overschrijding van de schadedrempel is het belangrijk om in te grijpen. Anders kan de schade oplopen tot 50% opbrengstderving. In tabel 1 is te zien bij welke aantallen groene bladluizen het nodig is om in te grijpen.
Tabel 1. Bestrijdingsdrempels van de groene bladluizen.
periode | aantal groene bladluizen per tien planten |
april, mei en eerste helft juni | meer dan twee |
tweede helft juni | meer dan vijf |
eerste helft juli | meer dan vijftig |
Zuigschade door zwarte bonenluizen
Zwarte bonenluizen veroorzaken vooral zuigschade en zijn zeer slechte overbrengers van de vergelingsvirussen. Daarom ligt de schadedrempel ook veel hoger dan die van de groene bladluizen. Ingrijpen is alleen nodig als 50% van de planten bezet is met gemiddeld 30-50 zwarte bonenluizen. Zie ook tabel 2.
Tabel 2. Bestrijdingsdrempels van de zwarte bonenluis.
maand | aantal zwarte bonenluizen |
april/mei/juni | meer dan 50% van de planten bezet met kolonies van dertig tot vijftig luizen |
juli | meer dan 75% van de planten bezet met grote kolonies van meer dan 200 luizen per plant |
Tabel 3. Overzicht van bladluiswaarschuwingen per gebied
gebied | 1e waarschuwing | 2e waarschuwing | 3e waarschuwing | 4e waarschuwing | |||
Zeeuws-Vlaanderen | |||||||
Zeeuwse Eilanden | |||||||
Walcheren | 23 mei | ||||||
Noord-Beveland | 23 mei | ||||||
Zuid-Beveland | 23 mei | ||||||
Schouwen- Duiveland | |||||||
Tholen/St. Philipsland | 27 juni | ||||||
West- en Midden-Brabant | |||||||
West-Brabant Zuid | 27 juni | ||||||
De Westhoek | 27 juni | ||||||
Midden-Brabant Zuid | |||||||
Rest West-Brabant | |||||||
Zuid-Hollandse eilanden | |||||||
Voorne Putten | 6 juni | ||||||
Hoeksche Waard/Eiland van Dordt | 6 juni | ||||||
Goeree Overflakkee | 6 juni | ||||||
Zuid-Holland
(incl. Haarlemmermeer) |
|||||||
Noord-Holland | |||||||
Noord-Holland vast | 23 mei | ||||||
Texel | 27 juni | ||||||
Oost- en Zuid-Flevoland | 8 mei | ||||||
Noordoostpolder | |||||||
Friesland klei | 27 juni | ||||||
Groningen klei | |||||||
Noordelijk zand | |||||||
Noordelijk dal/veen | |||||||
Gelderland e.o. | |||||||
Salland/Twente | |||||||
Graafschap/Achterhoek | |||||||
Lijmers/Oude IJssel | |||||||
Bommelerwaard/Betuwe | |||||||
Utrecht oost/Veluwe | |||||||
Oost-Brabant | |||||||
De Kempen | |||||||
Rest Oost-Brabant | |||||||
Limburg | |||||||
Noord-Limburg | |||||||
Midden-Limburg | |||||||
Zuid-Limburg | |||||||
Meer informatie
Meer informatie over het tellen en herkennen van bladluizen en natuurlijke vijanden is te vinden in:
- ˈCursus tellen en herkennen van bladluizen in suikerbietenˈ.
- De presentatie ˈHerkenning vergelingsvirussen en bladluizen in suikerbietenˈ.
- Teelthandleiding ’10.3.3.4 Bladluizen’.
- Teelthandleiding ’10.7.2 Vergelingsziekte’.
- Teelthandleiding ‘10.3.4 Natuurlijke vijanden’.
- Filmpje ‘Controle bietenperceel op groene bladluizen’.
Foto 1. Groene perzikluizen bevinden zich vaak aan de onderzijde van het blad in de opgerolde bladranden. Op deze foto is 1 volwassen luis te zien met 10 nakomelingen.
Bladluiswaarschuwing voor Voorne-Putten, Hoeksche Waard, IJsselmonde en Eiland van Dordrecht
3e bericht van de bladluiswaarschuwingsdienst (6 juni 2024)
Op een aantal bietenpercelen in de regio Voorne-Putten, Hoeksche Waard, IJsselmonde en Eiland van Dordrecht is de schadedrempel van groene bladluizen (groene perzikluizen, sjalottenluizen en aardappeltopluizen) voor de 1e keer overschreden. Zie de ‘Bladluiswaarschuwingskaart’. De overschrijdingen zijn met name gevonden op de percelen waar de planten wat verder ontwikkeld zijn (groter dan het 12-bladstadium). Groene luizen kunnen vergelingsziekte overbrengen, wat tot 50% schade kan leiden. In tabel 3 vindt u een overzicht van de gewaarschuwde gebieden.
Controleer uw perceel – ook in andere gebieden
De bladluiswaarschuwingsdienst adviseert telers alert te zijn en hun bietenpercelen wekelijks te controleren op aantallen groene bladluizen. Bekijk ook de video ‘Vergelingsziekte beperken: wekelijks waarnemen tot half juli noodzakelijk’.
Advies insecticiden
Wij adviseren om insecticiden pas in te zetten als de schadedrempel is overschreden (zie tabel 1). Eerder inzetten heeft geen zin.
Met de vrijstelling van Batavia heeft de teler de beschikking over twee toepassingen vanaf 1 juni tot en met 15 juli. Batavia (0,45 l/ha) mag maximaal twee keer worden ingezet met een interval van minimaal 14 dagen. We adviseren om voor een betere werking olie toe te voegen (bijvoorbeeld Robbester of Actirob (1 l/ha)). Gebruik Batavia niet in de buurt van in bloei staand onkruid. Verwijder onkruid voordat het bloeit. Na een gewasbehandeling percelen nog minimaal twee weken vrijhouden van bloeiende onkruiden.
Geen Teppeki of Afinto na 1 juni
Na 1 juni is het advies om geen Teppeki of Afinto meer te gebruiken. Inzet na 1 juni kan leiden tot overschrijding van de MRL. Kies na 1 juni daarom voor Batavia.
Bij overschrijding van de schadedrempel van de zwarte bonenluis kan ook Pirimor (0,4 kg/ha) worden ingezet. Dit middel adviseren we niet bij aanwezigheid van groene bladluizen in verband met de resistentie van de groene perzikluizen voor Pirimor.
Olie en pyrethroïden niet effectief
Omdat de groene perzikluizen de vergelingsvirussen op een andere manier ((semi-) persistente manier) overbrengen dan virussen in pootgoed en tulpen (veelal non-persistente manier) is de aanpak van de virussen anders. Middelen zoals olie en pyrethroïden zijn om die redenen dan ook niet effectief in de virusbeheersing in de bietenteelt. Bovendien doden pyrethroïden de natuurlijke vijanden die we hard nodig hebben voor een effectieve beheersing van vergelingsvirussen. Gebruik van pyrethroïden kan in suikerbieten daardoor zelfs leiden tot een toename van bladluizen en wordt daarom afgeraden!
Schade door vergelingsziekte
Groene bladluizen kunnen vergelingsziekte overbrengen. Vergelingsziekte kan veroorzaakt worden door drie verschillende virussen (BYV, BMYV en BChV). Bij overschrijding van de schadedrempel is het belangrijk om in te grijpen. Anders kan de schade oplopen tot 50% opbrengstderving. In tabel 1 is te zien bij welke aantallen groene bladluizen het nodig is om in te grijpen.
Tabel 1. Bestrijdingsdrempels van de groene bladluizen.
periode | aantal groene bladluizen per tien planten |
april, mei en eerste helft juni | meer dan twee |
tweede helft juni | meer dan vijf |
eerste helft juli | meer dan vijftig |
Zuigschade door zwarte bonenluizen
Zwarte bonenluizen veroorzaken vooral zuigschade en zijn zeer slechte overbrengers van de vergelingsvirussen. Daarom ligt de schadedrempel ook veel hoger dan die van de groene bladluizen. Ingrijpen is alleen nodig als 50% van de planten bezet is met gemiddeld 30-50 zwarte bonenluizen. Zie ook tabel 2.
Tabel 2. Bestrijdingsdrempels van de zwarte bonenluis.
maand | aantal zwarte bonenluizen |
april/mei/juni | meer dan 50% van de planten bezet met kolonies van dertig tot vijftig luizen |
juli | meer dan 75% van de planten bezet met grote kolonies van meer dan 200 luizen per plant |
Tabel 3. Overzicht van bladluiswaarschuwingen per gebied
gebied | 1e waarschuwing | 2e waarschuwing | 3e waarschuwing | 4e waarschuwing | |||
Zeeuws-Vlaanderen | |||||||
Zeeuwse Eilanden | |||||||
Walcheren | 23 mei | ||||||
Noord-Beveland | 23 mei | ||||||
Zuid-Beveland | 23 mei | ||||||
Schouwen- Duiveland | |||||||
Tholen/St. Philipsland | |||||||
West- en Midden-Brabant | |||||||
West-Brabant Zuid | |||||||
De Westhoek | |||||||
Midden-Brabant Zuid | |||||||
Rest West-Brabant | |||||||
Zuid-Hollandse eilanden | |||||||
Voorne Putten | 6 juni | ||||||
Hoeksche Waard/Eiland van Dordt | 6 juni | ||||||
Goeree Overflakkee | 6 juni | ||||||
Zuid-Holland
(incl. Haarlemmermeer) |
|||||||
Noord-Holland | |||||||
Noord-Holland vast | 23 mei | ||||||
Texel | |||||||
Oost- en Zuid-Flevoland | 8 mei | ||||||
Noordoostpolder | |||||||
Friesland klei | |||||||
Groningen klei | |||||||
Noordelijk zand | |||||||
Noordelijk dal/veen | |||||||
Gelderland e.o. | |||||||
Salland/Twente | |||||||
Graafschap/Achterhoek | |||||||
Lijmers/Oude IJssel | |||||||
Bommelerwaard/Betuwe | |||||||
Utrecht oost/Veluwe | |||||||
Oost-Brabant | |||||||
De Kempen | |||||||
Rest Oost-Brabant | |||||||
Limburg | |||||||
Noord-Limburg | |||||||
Midden-Limburg | |||||||
Zuid-Limburg | |||||||
Meer informatie
Meer informatie over het tellen en herkennen van bladluizen en natuurlijke vijanden is te vinden in:
- ˈCursus tellen en herkennen van bladluizen in suikerbietenˈ.
- De presentatie ˈHerkenning vergelingsvirussen en bladluizen in suikerbietenˈ.
- Teelthandleiding ’10.3.3.4 Bladluizen’.
- Teelthandleiding ’10.7.2 Vergelingsziekte’.
- Teelthandleiding ‘10.3.4 Natuurlijke vijanden’.
- Filmpje ‘Controle bietenperceel op groene bladluizen’.
Foto 1. Groene perzikluizen bevinden zich vaak aan de onderzijde van het blad in de opgerolde bladranden. Op deze foto is 1 volwassen luis te zien met 10 nakomelingen.
Bladluiswaarschuwing voor Walcheren, Noord- en Zuid-Beveland en Noord-Holland vast
2e bericht van de bladluiswaarschuwingsdienst (23 mei 2024)
Op een aantal bietenpercelen op Walcheren, Noord- en Zuid-Beveland en in Noord-Holland vast is de schadedrempel van groene bladluizen (groene perzikluizen, sjalottenluizen en aardappeltopluizen) voor de 1e keer overschreden. Zie de ‘Bladluiswaarschuwingskaart’. De overschrijdingen worden op Walcheren en Noord- en Zuid-Beveland met name gevonden op de percelen waar de planten wat verder ontwikkeld zijn (groter dan het vierbladstadium). Groene luizen kunnen vergelingsziekte overbrengen, wat tot 50% schade kan leiden. In tabel 1 vindt u een overzicht van de gewaarschuwde gebieden.
Controleer uw perceel – ook in andere gebieden
bladluiswaarschuwingsdienst adviseert telers alert te zijn en hun bietenpercelen wekelijks te controleren op aantallen groene bladluizen. Bekijk ook de video ‘Vergelingsziekte beperken: wekelijks waarnemen tot half juli noodzakelijk’. Zet insecticiden alleen in indien de schadedrempel is overschreden (zie tabel 2), eerder heeft geen zin.
Schade door vergelingsziekte
Groene bladluizen kunnen vergelingsziekte overbrengen. Vergelingsziekte kan veroorzaakt worden door drie verschillende virussen (BYV, BMYV en BChV). Bij overschrijding van de schadedrempel is het belangrijk om in te grijpen. Anders kan de schade oplopen tot 50% opbrengstderving. In tabel 2 is te zien bij welke aantallen groene bladluizen het nodig is om in te grijpen.
Tabel 1. Overzicht van bladluiswaarschuwingen per gebied
gebied | 1e waarschuwing | 2e waarschuwing | 3e waarschuwing | 4e waarschuwing | |||
Zeeuws-Vlaanderen | |||||||
Zeeuwse Eilanden | |||||||
Walcheren | 23 mei | ||||||
Noord-Beveland | 23 mei | ||||||
Zuid-Beveland | 23 mei | ||||||
Schouwen- Duiveland | |||||||
Tholen/St. Philipsland | |||||||
West- en Midden-Brabant | |||||||
West-Brabant Zuid | |||||||
De Westhoek | |||||||
Midden-Brabant Zuid | |||||||
Rest West-Brabant | |||||||
Zuid-Hollandse eilanden | |||||||
Voorne Putten | |||||||
Hoeksche Waard/Eiland van Dordt | |||||||
Goeree Overflakkee | |||||||
Zuid-Holland
(incl. Haarlemmermeer) |
|||||||
Noord-Holland | |||||||
Noord-Holland vast | 23 mei | ||||||
Texel | |||||||
Oost- en Zuid-Flevoland | 8 mei | ||||||
Noordoostpolder | |||||||
Friesland klei | |||||||
Groningen klei | |||||||
Noordelijk zand | |||||||
Noordelijk dal/veen | |||||||
Gelderland e.o. | |||||||
Salland/Twente | |||||||
Graafschap/Achterhoek | |||||||
Lijmers/Oude IJssel | |||||||
Bommelerwaard/Betuwe | |||||||
Utrecht oost/Veluwe | |||||||
Oost-Brabant | |||||||
De Kempen | |||||||
Rest Oost-Brabant | |||||||
Limburg | |||||||
Noord-Limburg | |||||||
Midden-Limburg | |||||||
Zuid-Limburg | |||||||
Tabel 2. Bestrijdingsdrempels van de groene bladluizen.
periode | aantal groene bladluizen per tien planten |
april, mei en eerste helft juni | meer dan twee |
tweede helft juni | meer dan vijf |
eerste helft juli | meer dan vijftig |
Zuigschade door zwarte bonenluizen
Zwarte bonenluizen veroorzaken vooral zuigschade en zijn zeer slechte overbrengers van de vergelingsvirussen. Daarom ligt de schadedrempel ook veel hoger dan die van de groene bladluizen. Ingrijpen is alleen nodig als 50% van de planten bezet is met gemiddeld 30-50 zwarte bonenluizen. Zie ook tabel 3.
Tabel 3. Bestrijdingsdrempels van de zwarte bonenluis.
maand | aantal zwarte bonenluizen |
april/mei/juni | meer dan 50% van de planten bezet met kolonies van dertig tot vijftig luizen |
juli | meer dan 75% van de planten bezet met grote kolonies van meer dan 200 luizen per plant |
Advies insecticiden
Wij adviseren om insecticiden pas in te zetten als de schadedrempel is overschreden. Eerder inzetten heeft geen zin.
In 2024 heeft alleen Teppeki een toelating om bladluizen en vergelingsziekte te beheersen. Daarnaast zijn er vrijstellingsaanvragen voor twee middelen ingediend door Cosun met medewerking van BO Akkerbouw. Op dit moment is er helaas nog geen duidelijkheid over eventuele vrijstellingen van middelen om bladluizen en vergelingsziekte te beheersen. Zodra hierover meer bekend is, zullen we dit op onze website bekend maken. Stel een bespuiting bij overschrijding van de schadedrempel echter nooit uit: een vroege aantasting leidt tot meer schade dan een late aantasting.
Teppeki (0,14 kg/ha – 1 toepassing per seizoen) kan worden ingezet vanaf opkomst tot en met tienbladstadium (maar zeker ook niet later dan 1 juni!). Later inzetten kan leiden tot overschrijding van de MRL.
Bij overschrijding van de schadedrempel van de zwarte bonenluis kan ook Pirimor (0,4 kg/ha) worden ingezet. Dit middel adviseren we niet bij aanwezigheid van groene bladluizen in verband met de resistentie van de groene perzikluizen voor Pirimor.
Omdat de groene perzikluizen de vergelingsvirussen op een andere manier ((semi-) persistente manier) overbrengen dan virussen in pootgoed en tulpen (veelal non-persistente manier) is de aanpak van de virussen anders. Middelen zoals olie en pyrethroïden zijn om die redenen dan ook niet effectief in de virusbeheersing in de bietenteelt. Bovendien doden pyrethroïden de natuurlijke vijanden die we hard nodig hebben voor een effectieve beheersing van vergelingsvirussen. Gebruik van pyrethroïden kan in suikerbieten daardoor zelfs leiden tot een toename van bladluizen en wordt daarom afgeraden!
Meer informatie
Meer informatie over het tellen en herkennen van bladluizen en natuurlijke vijanden is te vinden in:
- ˈCursus tellen en herkennen van bladluizen in suikerbietenˈ.
- De presentatie ˈHerkenning vergelingsvirussen en bladluizen in suikerbietenˈ.
- Teelthandleiding ’10.3.3.4 Bladluizen’.
- Teelthandleiding ’10.7.2 Vergelingsziekte’.
- Teelthandleiding ‘10.3.4 Natuurlijke vijanden’.
- Filmpje ‘Controle bietenperceel op groene bladluizen
Een gevleugelde groene perzikluis.
Bladluiswaarschuwing voor Oostelijk en Zuidelijk Flevoland
1e bericht van de bladluiswaarschuwingsdienst (8 mei 2024)
Op een aantal bietenpercelen in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland is de schadedrempel van groene bladluizen (groene perzikluizen, sjalottenluizen en aardappeltopluizen) overschreden. De overschrijdingen worden met name gevonden op de percelen waar de planten wat verder ontwikkeld zijn, namelijk vierbladstadium of groter. Zie de ‘Bladluiswaarschuwingskaart’. Groene luizen kunnen vergelingsziekte overbrengen, wat tot 50% schade kan leiden. In tabel 1 vindt u een overzicht van de gewaarschuwde gebieden.
Controleer uw perceel – ook in andere gebieden
De bladluiswaarschuwingsdienst adviseert telers alert te zijn en hun bietenpercelen wekelijks te controleren op aantallen groene bladluizen. Bekijk ook de video ‘Vergelingsziekte beperken: wekelijks waarnemen tot half juli noodzakelijk’. Zet insecticiden alleen in indien de schadedrempel is overschreden (zie tabel 2), eerder heeft geen zin.
Schade door vergelingsziekte
Groene bladluizen kunnen vergelingsziekte overbrengen. Vergelingsziekte kan veroorzaakt worden door drie verschillende virussen (BYV, BMYV en BChV). Bij overschrijding van de schadedrempel is het belangrijk om in te grijpen. Anders kan de schade oplopen tot 50% opbrengstderving. In tabel 2 is te zien bij welke aantallen groene bladluizen het nodig is om in te grijpen.
Tabel 1. Overzicht van bladluiswaarschuwingen per gebied
gebied | 1e waarschuwing |
2e waarschuwing | 3e waarschuwing | 4e waarschuwing | |||
Zeeuws-Vlaanderen | |||||||
Zeeuwse Eilanden | |||||||
Walcheren | |||||||
Noord-Beveland | |||||||
Zuid-Beveland | |||||||
Schouwen- Duiveland | |||||||
Tholen/St. Philipsland | |||||||
West- en Midden-Brabant | |||||||
West-Brabant Zuid | |||||||
De Westhoek | |||||||
Midden-Brabant Zuid | |||||||
Rest West-Brabant | |||||||
Zuid-Hollandse eilanden | |||||||
Voorne Putten | |||||||
Hoeksche Waard/Eiland van Dordt | |||||||
Goeree Overflakkee | |||||||
Zuid-Holland
(incl. Haarlemmermeer) |
|||||||
Noord-Holland | |||||||
Noord-Holland vast | |||||||
Texel | |||||||
Oost- en Zuid-Flevoland | 8 mei | ||||||
Noordoostpolder | |||||||
Friesland klei | |||||||
Groningen klei | |||||||
Noordelijk zand | |||||||
Noordelijk dal/veen | |||||||
Gelderland e.o. | |||||||
Salland/Twente | |||||||
Graafschap/Achterhoek | |||||||
Lijmers/Oude IJssel | |||||||
Bommelerwaard/Betuwe | |||||||
Utrecht oost/Veluwe | |||||||
Oost-Brabant | |||||||
De Kempen | |||||||
Rest Oost-Brabant | |||||||
Limburg | |||||||
Noord-Limburg | |||||||
Midden-Limburg | |||||||
Zuid-Limburg | |||||||
Tabel 2. Bestrijdingsdrempels van de groene bladluizen.
periode | aantal groene bladluizen per tien planten |
april, mei en eerste helft juni | meer dan twee |
tweede helft juni | meer dan vijf |
eerste helft juli | meer dan vijftig |
Zuigschade door zwarte bonenluizen
Zwarte bonenluizen veroorzaken vooral zuigschade en zijn zeer slechte overbrengers van de vergelingsvirussen. Daarom ligt de schadedrempel ook veel hoger dan die van de groene bladluizen. Ingrijpen is alleen nodig als 50% van de planten bezet is met gemiddeld 30-50 zwarte bonenluizen. Zie ook tabel 3.
Tabel 3. Bestrijdingsdrempels van de zwarte bonenluis.
maand | aantal zwarte bonenluizen |
april/mei/juni | meer dan 50% van de planten bezet met kolonies van dertig tot vijftig luizen |
juli | meer dan 75% van de planten bezet met grote kolonies van meer dan 200 luizen per plant |
Advies insecticiden
Wij adviseren om insecticiden pas in te zetten als de schadedrempel is overschreden. Eerder inzetten heeft geen zin.
In 2024 heeft alleen Teppeki een toelating om bladluizen en vergelingsziekte te beheersen. Daarnaast zijn er vrijstellingsaanvragen voor twee middelen ingediend door Cosun met medewerking van BO Akkerbouw. Op dit moment is er helaas nog geen duidelijkheid over eventuele vrijstellingen van middelen om bladluizen en vergelingsziekte te beheersen. Zodra hierover meer bekend is, zullen we dit op onze website bekend maken. Stel een bespuiting bij overschrijding van de schadedrempel echter nooit uit: een vroege aantasting leidt tot meer schade dan een late aantasting.
Teppeki (0,14 kg/ha – 1 toepassing per seizoen) kan worden ingezet vanaf opkomst tot en met tienbladstadium (maar zeker ook niet later dan 1 juni!). Later inzetten kan leiden tot overschrijding van de MRL.
Bij overschrijding van de schadedrempel van de zwarte bonenluis kan ook Pirimor (0,4 kg/ha) worden ingezet. Dit middel adviseren we niet bij aanwezigheid van groene bladluizen in verband met de resistentie van de groene perzikluizen voor dit middel.
Omdat de groene perzikluizen de vergelingsvirussen op een andere manier ((semi-) persistente manier) overbrengen dan virussen in pootgoed en tulpen (veelal non-persistente manier) is de aanpak van de virussen anders. Middelen zoals olie en pyrethroïden zijn om die redenen dan ook niet effectief in de virusbeheersing in de bietenteelt. Bovendien doden pyrethroïden de natuurlijke vijanden die we hard nodig hebben voor een effectieve beheersing van vergelingsvirussen.
Meer informatie
Meer informatie over het tellen en herkennen van bladluizen en natuurlijke vijanden is te vinden in:
- ˈCursus tellen en herkennen van bladluizen in suikerbietenˈ.
- De presentatie ˈHerkenning vergelingsvirussen en bladluizen in suikerbietenˈ.
- Teelthandleiding ’10.3.3.4 Bladluizen’.
- Teelthandleiding ’10.7.2 Vergelingsziekte’.
- Teelthandleiding ‘10.3.4 Natuurlijke vijanden’.
- Filmpje ‘Controle bietenperceel op groene bladluizen’.
Foto 1. Een groene perzikluis met twee jonge luisjes. Dit is een algemeen beeld op de enkele percelen waar groene bladluizen worden aangetroffen. Ongevleugelde volwassen (grote) bladluizen duiden op opgebouwde populaties.